Voor 4 personen
1 vel bladerdeeg van 20 x 40 centimeter
3 appelen (Golden)
2 el boter
2 el broodkruim
2 el amandelschilfers
2 el rozijnen
1 ei
2 el suiker
Verwarm de oven voor op 200 graden.
Haal het deeg uit de verpakking en leg het op een vochtige handdoek.
Schil de appelen, verwijder het klokhuis en snijd in kleine blokjes.
Laat de boter smelten en laat het broodkruim er even in kleuren.
Rooster de amandelen onder de grill of in een pan.
Week de rozijnen een half uurtje in water. Haal ze uit het water en meng met de appelblokjes, de suiker, de amandelschilfers en het broodkruim.
Verdeel dit mengsel over het bladerdeeg maar laat minstens 1 cm van de rand vrij.
Klop het ei los en strijk de kanten van het deeg ermee in.
Rol het deeg met behulp van een handdoek strak op tot een rol van ongeveer 40 cm lang.
Leg de rol op een bakplaat met bakpapier met de sluiting naar onder.
Bestrijk met het losgeklopte ei. Maak met een scherp mes insnijdingen over de volledige lengte.
Bak gedurende 25 minuten op 200 graden.
Serveer lauwwarm met een bolletje vanille-ijs.