Voor 4 personen
500g zeeduivel
1 kleine witte kool
6 mooie tomaten
1 mespunt komijn
20cl witte wijn
3cl witte wijnazijn
Peper en zout
2 eetlepels mosterd
1dl light room
Een half busseltje kervel
Boter
Bloem
Snij de vis in plakjes.
Pel de tomaten, verwijder de zaadjes en snij ze in blokjes.
Snij de witte kool in fijne reepjes en spoel onder koud water.
Laat boter smelten in een pot met dikke bodem op een laag vuur en voeg de witte kool toe.
Voeg de witte wijn en de wijnazijn toe en plaats het deksel op de pot.
Laat de witte kool zachtjes garen gedurende 10 tot 15 minuten.
Meng de room met de mosterd en voeg dit bij de kool.
Bestrooi met de komijnzaadjes en laat nog een tiental minuten verder garen zonder deksel.
Wentel de zeeduivelfilets in bloem en klop de overtollige bloem af.
Bak ze goudbruin in een beetje olijfolie op een middelhoog vuur. Zet het vuur lager en laat ze verder garen. Kruid met peper en zout.
Hak de kervel fijn.
Voeg de tomatenblokjes bij de witte kool en laat 1 minuut doorkoken. Kruid met peper en zout en voeg de gehakte kervel toe.
Verdeel de witte kool met de saus over de borden. Schik er de zeeduivel op.